Macht, liefde en echte samenwerking met het onderwijs

In de wereld van de samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs voelen medewerkers in de kinderopvang zich soms minder in vergelijking met hun collega’s in het basisonderwijs. Dit wordt wel het ‘Calimero-gevoel’, genoemd, een term ontleend aan het kleine kuikentje Calimero dat altijd dacht dat de wereld oneerlijk tegen hem was omdat hij klein was. In deze context verwijst het naar ervaren verschillen in salaris of maatschappelijke waardering, maar ook de perceptie van kennis en capaciteiten.

De kracht van kennis en identificatie

De kern van het probleem lijkt te liggen in de concepten van expertmacht en modelmacht. Medewerkers in de kinderopvang kennen vaak expertmacht toe aan hun collega’s in het basisonderwijs, omdat zij de kennis en vaardigheden die in het onderwijs worden gebruikt, zien als superieur aan die van de kinderopvang. Soms bevestigd door medewerkers in het basisonderwijs en anderen in de samenleving. Dit is een interessante dynamiek, aangezien beide sectoren een cruciale rol spelen in de ontwikkeling van een kind. De vaardigheden en kennis in de kinderopvang, die zich vaak richten op de vroege ontwikkeling, zijn net zo waardevol en vereisen een hoge mate van expertise.

Tegelijkertijd identificeren medewerkers in de kinderopvang zich met de machtige – in dit geval, het onderwijs. Door zich te conformeren aan het gedrag, de waarden en de opvattingen van het onderwijspersoneel, erkennen zij de modelmacht van het onderwijs. Dit kan leiden tot een situatie waarin de unieke bijdragen van de kinderopvang onderschat of zelfs over het hoofd gezien worden. De medewerkers zitten in de samenwerking bij wijze van spreken ‘niet meer aan tafel, maar onder de tafel’.

De noodzaak van macht en liefde

Om tot een werkelijke samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs te komen, is het essentieel om zowel macht als liefde te integreren. Macht, in deze context, betekent niet de dominantie van de een over de ander, maar de capaciteit om verandering te bewerkstelligen en doelen te bereiken. Liefde, daarentegen, verwijst naar het vermogen om te verbinden, te waarderen en de unieke bijdragen van iedereen te erkennen.

Een samenwerking zonder macht kan leiden tot sentimentaliteit en passiviteit, terwijl macht zonder liefde roekeloos en onrechtvaardig kan zijn. De sleutel tot succes ligt in het vinden van een evenwicht tussen beide. Dit vereist een bewuste inspanning van beide partijen om elkaars sterke punten te erkennen en te waarderen, en om gezamenlijke doelen te stellen die de ontwikkeling van kinderen ten goede komen.

Evenwaardige partners

Een geïntegreerde aanpak, waarbij de kennis en vaardigheden van zowel de kinderopvang als het onderwijs worden gewaardeerd en ingezet, kan de weg vrijmaken voor een meer samenhangende benadering van kinderontwikkeling. Dit betekent dat medewerkers in de kinderopvang zichzelf niet langer zien als de ‘kleinere broertjes en zusjes’ van het onderwijs, maar als evenwaardige partners in de brede ontwikkeling van een kind. Ze zijn namelijk niet gelijk, maar wel evenwaardig. Het overbruggen van deze kloof vereist dialoog, openheid en de bereidheid om van elkaar te leren. Door samen te werken, kunnen kinderopvang en onderwijs een rijke, ondersteunende ontwikkelomgeving voor kinderen creëren.

In een wereld waar macht en liefde hand in hand gaan, is er geen ruimte voor het Calimero-gevoel. Laten we ons richten op wat ons verbindt, in plaats van wat ons scheidt, om een toekomst te bouwen waarin elk kind, elke opvoeder en elke professional wordt gewaardeerd voor hun unieke bijdrage aan de samenleving.